Dit onderzoek richt zich op de vraag of er sprake is van hoogbegaafdheid.
Persoonskenmerken als hoge intellectuele capaciteiten, doorzettingsvermogen en creativiteit, moeten aanwezig zijn wil men kunnen spreken van presteren overeenkomstig hoogbegaafdheid.
Een hoogbegaafd kind kan tot hoge prestaties komen wanneer die persoonskenmerken aanwezig zijn en er een positief stimulerende sociale omgeving is.
Een belangrijk aspect in dit onderzoek naar hoogbegaafdheid is de intellectuele aanleg. Voor de bepaling hiervan wordt de WISC III afgenomen.
Om inzicht te krijgen in het gedrag, probleemgedrag, niveau of de ontwikkeling van het kind kan het nodig zijn onderzoek te doen in de vorm van observatie, testen psychodiagnostiek en beantwoorden van vragenlijsten.
Dit onderzoek kan zich richten op:
De resultaten van het onderzoek worden beschreven in een verslag, met naast conclusies ook praktische adviezen die kunnen worden uitgewerkt in een begeleidingsplan.
Dit plan kan zich vanuit de vraag richten op: