NIO

NIO (Nederlandse Intelligentietest voor Onderwijsniveau): voor een gedegen onderbouwing van het schooladvies.

Vanaf schooljaar 2014-2015 is het advies dat de basisschool geeft over het meest passende niveau van voortgezet onderwijs leidend. Dit betekent dat de middelbare school bij de inschrijving verplicht is uit te gaan van het advies dat de leerkracht geeft. De eindtoets wordt het officiële ‘tweede gegeven’. Dit houdt in dat wanneer de uitslag van de eindtoets hoger uitvalt dan het advies dat de basisschool gaf, de school haar advies moet heroverwegen. Valt de uitslag lager uit, dan blijft het advies van de basisschool gelden. Die uitslag is op z’n vroegst medio april beschikbaar.

Alle reden dus om het schooladvies tijdig en gedegen te onderbouwen. De NIO is daarbij hét hulpmiddel.

Drie redenen om het schooladvies met de NIO te onderbouwen:

  1. Schoolvorderingen en intelligentie voor een totaalbeeld De eindtoets en de volgsysteemtoetsen die de leerling in de groepen 3 t/m 8 maakt, zijn schoolvorderingentoetsen;
    De eindtoets en de volgsysteemtoetsen meten wat een leerling in 8 jaar onderwijs op school heeft geleerd: de feitelijke schoolprestaties van de leerling. De NIO meet echter wat een leerling ‘in huis heeft’, wat zijn of haar capaciteiten zijn. De NIO geeft dus een advies op basis van de mogelijke schoolprestaties van de leerling.
    Twee verschillende invalshoeken die elkaar aanvullen en samen een beter, realistischer en bredere kijk op de mogelijkheden van de leerling geven. Meet dus de schoolvorderingen én de intelligentie voor een totaalbeeld van de leerling.
  2. Neem de NIO af wanneer u dat wilt
    De afname van de NIO is niet gebonden aan een vast moment in het schooljaar, maar kan op elk moment betrouwbaar worden afgenomen. De basisschool kan het NIO-advies dus meenemen bij het schooladvies. Of dat nu voor of na de kerstvakantie of op een heel ander tijdstip wordt gegeven. Een groot voordeel!
  3. De NIO voorspelt beter en geeft meer zekerheid
    Met de nieuwe eindtoets is natuurlijk nog geen onderzoek naar de voorspellende waarde gedaan, maar met de voorganger, de Cito-eindtoets, wel. Daaruit blijkt het volgende.

Op korte termijn (over 1 à 2 jaar) voorspellen NIO en Cito-eindtoets ongeveer even goed. Een leerling die op basis van een NIO of een Cito-eindtoets bijvoorbeeld een HAVO-advies heeft gekregen, zit gemiddeld in de eerste en tweede klas van de middelbare school nog steeds op HAVO-niveau.

Maar op langere termijn zie je een verschil: daar voorspelt de NIO beter dan de Cito-eindtoets. De meeste leerlingen die een schooladvies op basis van de NIO hebben gehad zitten in klas 4, 5 of 6 van de middelbare school zitten nog steeds op het geadviseerde niveau. Een leerling die op basis van de Cito-eindtoets HAVO-advies heeft gekregen heeft daarentegen een grote kans om na jaar 3 of 4 af te moeten stromen naar VMBO-TL-niveau, omdat hij te hoog is geadviseerd.

Neemt de school een NIO-uitslag mee in het advies, dan geeft dat dus meer zekerheid over de juistheid van het advies.

Een totaalbeeld van de leerling voor duurzaam schoolsucces

Nu het advies van de basisschool leidend wordt, en alle ogen daarop zijn gericht, is het nog belangrijker dan voorheen om dit advies stevig te onderbouwen.

Met de NIO legt u een extra fundering onder uw schooladvies. Naast het advies van de leerkracht die de leerling acht jaar heeft gevolgd, de resultaten van het leerlingvolgsysteem en de persoonlijkheid van de leerling. Het totaalbeeld bepaalt het schoolsucces van degene om wie het gaat: de leerling. En dat totaalbeeld wordt mede compleet gemaakt door een NIO-uitslag.

Terug